Als directiechauffeur maakt Gert Nonnekes veel mee. En niet alleen met de (inter)nationale gasten die hij vervoert. Zijn kennis en ervaring heeft hij opgedaan sinds hij in 2010 de opleiding tot directiechauffeur (CBR-examen) heeft gedaan. Die helpen hem dagelijks door het verkeer. Hij neemt de lezers de komende weken graag mee en vertelt wat hem opvalt. Dit keer schrijft hij over hoe je je handen aan het stuur houdt.
Heb je wel eens nagedacht over hoe je stuurt? Of hoe je je handen aan het stuur houdt? Moet je toch eens doen. Je voorkomt ongemakkelijke situaties. Om nog maar te zwijgen over de ongevallen die worden voorkomen.
Ontspan aan het stuur!
Autorijden kan je als je gefocust bent op het verkeer en de omgeving met twee vingers in je neus. Figuurlijk dan. In de praktijk kan je dat beter niet doen. Maar die drie vingers aan het stuur is een aanrader. Dan wel van allebei je handen…
Veel mensen houden het stuur stevig, soms krampachtig, met twee handen vast. De één op standje ’tien voor twee’, de ander op ‘kwart voor drie’. Ik heb de eerste vorm geleerd toen ik, en waarschijnlijk de andere lezers van Meerdanvijftig, rijles had beginjaren ’70. Toen ik in 2010 de opleiding tot directiechauffeur volgde, werd me dat gauw afgeleerd. Het is nu altijd ‘kwart voor drie’ wat de klok slaat.
Zo moet het zeker niet
Je hebt van die, over het algemeen, jonge gasten met één hand bovenop het stuur. Lekker stoer, patserig. In de trant van: ‘Niemand maakt mij wat!’ Zo hebben ze het gezien in zo’n Amerikaanse roadmovie. Het liefst met de andere arm op de rugleuning van de passagiersstoel (met zo’n mooie jonge meid…).
Mannen hebben vaak de elleboog op de deurstijl. Lekker ontspannen vinden ze dat. En dan heb je nog van die mensen die met gestrekte armen sturen. Of het stuur aan de onderkant vasthouden.
Maar de vraag is of je in deze gevallen de auto beheerst. Mijn antwoord is volmondig: Nee!
Stuur verkeerd en je gaat in de slip
In de opleiding tot directiechauffeur zitten uitwijkoefeningen op hoge snelheid. Super leuk! In één van de oefeningen rijd je met 100 km per uur recht op een rij pilonnen af. Vlak voordat je ze aan flarden gaat rijden, drukt de instructeur op een knopje. In de auto gaat op het dashboard links of rechts een rood lampje branden. Brandt het lampje links, dan moet je de pilonnen rechts passeren: gas los, niet remmen. Als je het stuur te stevig vasthoudt, gaat het fout. Je stuurt onbewust te veel en gaat in een slip of twee keer in de rondte. Ik kan je vertellen, ik heb het gezien! En het gebeurt ook in de andere stuurposes.
Met losjes twee keer drie vingers aan het stuur ga je vloeiend om de pilonnen heen. Met vier of vijf vingers losjes aan het stuur is ook goed hoor. Als het maar ontspannen is.
Een tip
De beste stuurhouding heb je als je met gestrekte armen -ja ja, nu dus even wel- je polsen op het stuur kunt leggen. Je armen zijn dan net genoeg gebogen om bij een aanrijding niet meteen met een of twee gebroken armen te zitten… En het knelt niet je bloedvaten in je nek af. Nooit over nagedacht hè? Het is ontspannen, minder vermoeiend en een stuk veiliger. Maar daarover later meer.
Meer lezen
Dit is de derde bijdrage van Gert over zijn ervaringen als directiechauffeur op de weg. Eerder schreef hij over links rijden en verkeerd remmen. Daarnaast schrijft Gert ook regelmatig over zijn wandelingen. Zo signaleerde hij de trend van urban walking.
Openingsfoto: Matheus Ferrero/Pexels.com
Recente reacties