In Beweging: Bart Mouters ontluikende liefde voor zwemmen

Als fanatieke tennisser dacht Bart Mouter, nét 50, niet meteen aan een zwembad. Maar door zijn baan bij de zwembond én een tennisblessure aan zijn achillespees bleek zwemmen uiteindelijk veel leuker dan dat hij ooit had gedacht. Deze keer in de rubriek In Beweging: de ontluikende liefde van Bart Mouter voor het zwembad.

“Het gaat om netto sporttijd. Als ik wil hardlopen hoef ik alleen maar sportkleding aan te trekken en de deur uit te lopen. Voor tennissen en zwemmen moet je altijd een drempel over. Je moet ergens naartoe reizen. In mijn geval het zwembad in Mijdrecht. Maar omdat ik niet kon tennissen, toch iets aan mijn conditie wilde doen en door mijn werk bij de zwembond zwemmen voor de hand lag, ben ik een borstcrawl-cursus gaan volgen. Samen met drie vrienden.”

“De gedachte was: dat doe ik even maar er bleek veel meer techniek nodig te zijn. Hoe je je benen gebruikt, de timing met je armen, wanneer kom je boven om adem te halen? Uiteindelijk duurde de cursus 12 weken, waarin ik alleen maar geleerd heb en niet getraind. Zo’n cursus kan iedereen, man of vrouw, dus doen. Dat is niet gebonden aan leeftijd of geslacht. Omdat het alleen maar om techniek draait en niet om conditie.”

“Inmiddels ben ik in een zwemritme gekomen, en hebben we ons ook een doel gesteld. Op de Bosbaan in het Amsterdamse Bos wordt in de zomer een wedstrijd over afstanden georganiseerd; 500 meter, 1000 m. of meer. Daar doen zo’n 300 tot 500 mensen aan mee. Daarom zijn we nu echt aan het trainen, inmiddels zitten we al op 1,2 kilometer.

“Het fijne aan zwemmen is dat je niet zo snel iets overbelast in je lichaam. Moet ik toch rekening mee houden, sinds ik afgelopen september 50 geworden ben. Als ik heb getennist, ben ik de dag erna stijf. Als ik mijn grenzen verleg bij zwemmen, blijf ik soepel. Daarom is het zo goed voor mensen die rug- en heupklachten hebben. Maar het is veel inspannender dan ik dacht. De kilo’s vliegen eraf, ook al doe ik het daar niet voor.”

“We zeggen weleens tegen elkaar na het zwemmen: en dan nu een biertje. Dat is dan wel jammer van zo’n zwembad; de juffrouw die dat moet inschenken, moet ook achter de kassa, vanwege de personeelskosten. Ik weet zeker dat er nog heel veel in de zwemwereld te winnen is, door creatiever te zijn. Nu zijn er 2,6 miljoen mensen die minimaal 12x per jaar naar het zwembad gaan, 130.000 mensen zijn lid van een zwemvereniging. Je ziet dat evenementen als de Amsterdam City Swim voor een goed doel héél veel mensen trekt. Daar moet meer mee te doen zijn. Ook al moet ik aan het idee van zwemmen in open water zelf nog wel wennen; dat je bij kou in zo’n pak zwemt…”

Ook zin om te zwemmen? Voor meer info: www.knzb.nl