Graziano Pellè was in Bordeaux nog de veters van zijn kicksen aan het knopen, toen zijn landgenoot Jonatan Bartoletti, bijnaam ‘Scompiglio’ (Ravage) het paard Preziosa Penelope alleen met een bullepees en  zonder zadel besteeg. In een paar bloedstollende minuten schreef  hij de wereldberoemde paardenrace, de Palio, in het Italiaanse Siena op zijn naam. Uren later verloor Italië op dramatische wijze met strafschoppen in de kwartfinale van het EK Voetbal van Duitsland.

Opnieuw een bladzij in de geschiedenis van Italië, van Siena en de Palio geschreven. En het eeuwenoude boek is al zo dik, weten wij na een bezoek aan de Toscaanse stad.

Dwalen door onbekende straatjes

‘Vicoli en giardini all’ombra della Torre’,  ‘Stegen en tuinen in de schaduw van de toren’ heet de wandeling die ik heb gedownload van de gemeentelijke website. En de toren is dan de prachtige 102 meter hoge bakstenen Torre di Mangia bij het Palazzo Pubblico aan de Campo. Het typische lichthellende plein dat op 16 augustus weer in de aandacht zal staan als de Palio er voor de tweede en laatste keer in 2016 wordt verreden.

Wij laten deze toeristentrekkers even voor wat ze zijn. Dwalen door onbekende straatjes trekt ons meer deze bewolkte zondag. De parkeergarage vlakbij het centrum is halfleeg en de route naar de start van de wandeling op de Campo begint met een prachtig uitzicht op de middeleeuwse stad.

Wonderbaarlijk weinig mensen

Rond het middaguur zijn er wonderbaarlijk weinig mensen op straat, slechts een handjevol bezoekers met camera’s op de buik. Wat een tegenstelling met het naburige Florence, dat zelfs in de winter nog door toeristen wordt overstroomd. Het geeft onze verbeelding de ruimte hoe het leven hier in de 13de,14de eeuw was, toen de vrije republiek Siena in Toscane een bepalende rol speelde aan de handelsroute tussen Noord-Italië en Rome. We lopen langs de synagoge in het Joodse getto, kuieren door de straatjes van de wijk Valdimontone. We dalen af  naar de giardini Pecci  en klimmen door een stadspoort weer de heuvels op waar Siena in drie delen tegenaan is geplakt. Moeilijk met zoveel mooie uitzichten, gebouwen en verrassend veel groen om te kiezen waar we de cameralens op richten.

Tweekoppige adelaars en ganzen

Hijgend en puffend over eeuwenoude straatjes -je zal hier maar slecht ter been zijn- genieten we van overkluiste doorkijkjes als we getrommel naderbij horen komen. In de zijstraten wapperen gele vlaggen met tweekoppige adelaars zij aan zij met vlaggen met een gans erop. Mannen en vrouwen met halsdoeken met dezelfde afbeeldingen halen ons in op weg naar de Casato di Sotto. Ik verwacht in de straat een majorettenoptocht te zien maar niets van dat al.

Indrukwekkend vaandelzwaaien

Aan het eind van de Casato komen steeds weer nieuwe vaandeldragers en trommelaars in kleurige wambuizen aanzetten. Ze verdwijnen in wat later het hoofdkwartier van de contrada di Aquila (wijk van de adelaar) blijkt te zijn. De strenge, serieuze blikken van de mannen onder hun baretten geeft aan dat we getuige zijn van iets officieels. Even later worden we getrakteerd op een indrukwekkend staaltje zwaaien met vaandels in een nauw straatje. Gelukkig wil een Italiaanse getooid met ganzendoek ons uitleggen waar we naar kijken.

Het oude centrum van Siena bestaat uit 17 contrade, stadswijken. In vroeger tijden leverden die de leden van de Podestà, het bestuur van de stad. Maar het moderne stadsbestuur betekende niet het einde van de wijken. Integendeel, die zijn springlevend. Met al hun middeleeuwse gebruiken, onderlinge rivaliteit en vriendschap. Met als hoogtepunt elk jaar de Palio op 2 juli en 16 augustus. “Vandaag vieren de wijken Aquila en Santa Caterina dat ze gaan samenwerken,” aldus de Italiaanse die er aan toevoegt dat de gans, (oca), het symbool van haar wijk is.

Oca en Aquila gepasseerd door Lupa

Veel plezier van hun samenwerking hebben ze bij de Palio echter nog niet gehad, weten we inmiddels. Zowel Oca als Aquila werden dit weekeinde in de Palio gepasseerd door contrada di Lupa, waarvoor Jonatan Bartoletti ongeëvenaard op een ongezadeld paard reed. Maar wie weet, gaat het in augustus beter.