Eigenlijk houd ik meer van tulpen maar nu word ik helemaal vrolijk als ik de krokussen en de narcissen zie. Zo blij ben ik dat de winter éindelijk achter de rug is: voorjaar! En als ik naar de weersverwachting kijk die de komende dagen belooft zelfs boven de 10 graden uit te komen, kan ik niet anders dan mijn fotografisch oog op narcissen te laten vallen.

Keuze van Kees

Elke maand kies Kees Rooze een thema uit voor een selectie van zijn foto’s. Hij houdt van spiegelingen in gevels maar ook van avondlicht. En niet te vergeten ons onvolprezen Noordzeestrand!

Narcissen…en violen

Ik fotografeer narcissen en denk aan violen. Het is de tijd rond Pasen en de grote voorjaarsschoonmaak. Ben benieuwd of mensen een huis nog steeds zo grondig op zijn kop zetten maar zie voor mijn geestesoog de buurvrouwbij ons in de straat in Amsterdam-Zuid waar ik als zevenjarige woonde. Nadat ze alles in huis had geboend en geschrobd, werden er in het perkje voor het huis violen neergezet.

Voorjaarszon in drukke straat

Dat schoonmaken moet bijna onbegonnen werk zijn geweest, want zelfs voor de rustige jaren vijftig woonden wij in een drukke straat met veel stof opwaaiend verkeer. Wij kinderen slaagden er toch in met onze bal op straat te spelen, genietend van het lenteweer. Als we te dicht bij de garage in de buurt kwamen, werden we verjaagd door de directrice. Bang als ze was dat voetballende kinderen de glimmende, pas gespoten auto’s zouden beschadigen. Ook de Lancia van de garagedirecteur stond in de straat en in die tijd was dat al een bijzondere opvallende en mooie auto. Thijs, de man die het spuitwerk deed, was een aardige vent die ons met rust liet. Met het mooie weer vond hij het ook fijn om zich af en toe te koesteren in de voorjaarszon.

In voorjaar was er ook de oude verkeersregelaar

Op de hoek van de straat stond in mijn jongensogen heel oud krom mannetje met hoedje op, naast zijn even oude fiets, het verkeer te regelen. Dat dacht hij tenminste. In de winter liet hij verstek gaan, maar als Nederland weer iets begon op te warmen, was hij ook weer van de partij. Je moest het niet in je hoofd halen hem te negeren, want dan maakte hij met woeste armbewegingen duidelijk dat je je wel aan zijn aanwijzingen had te houden.

Kapper Karel kapte krachtig

Op dezelfde hoek was ook de zaak van kapper Karel, die ook bij de eerste lentezon zijn hoofd buiten de kappersdeur stak. Een nare vent, die als je het lef had tijdens het knippen je hoofd te bewegen, met brute kracht je weer in positie bracht. Al mijn vrienden zagen ertegen op naar de kapper te moeten, want Karel was niet vooruit te branden en al heel gauw zat je de hele woensdagmiddag bij deze trage en onvriendelijke kapper. Mijn vriendjes en ik vermaakten ons met fietsen en steppen, vooral als er iemand was met een autoped op luchtbanden.

Geen Tjoklat reep, wel grote mond

Ook probeerden wij af en toe langs de portier van de “Tjoklat” chocoladefabriek op de hoek van de Vaartstraat en de Schinkelkade te glippen. De dikke portier in beige stofjas wist ons keer op keer te onderscheppen en was onverbiddelijk. Ik kan me niet herinneren, dat wij ooit een reep van hem kregen, wel een grote mond. Volgens mij had hij zich zelf iets te vaak tegoed gedaan aan de producten van “Tjoklat”. Al rennende kwamen wij langs het perkje van de buurvrouw waarin ze, in de stemming van het voorjaar, kleur had aangebracht.

Voorjaar in Zuid-Spanje

Op zoek naar de warmte die maar niet in Nederland wilde komen, koesteren wij even het voorjaar in Zuid-Spanje. Als we terugkomen, zijn de narcissen bijna weer uitgebloeid maar geen nood: de tulpen zijn er dan volop!