Het Nationaal Park De Hoge Veluwe en het daarin gelegen Kröller-Müllermuseum vormen een bijzondere combinatie. Om de grote collectie schilderijen van Vincent van Gogh en van zijn tijdgenoten te zien moet je ook toegang betalen voor het park. Op een aantal plaatsen staan dan fietsen, waarmee je schitterende kunst met prachtige natuur kunt combineren. Zoals Karin de Lange ervoer.
Voor de jacht
De Hoge Veluwe was ooit een enorm landgoed dat door het steenrijke echtpaar Anton en Helene Kröller-Müller tussen 1909 en 1921 werd aangekocht voor de jacht. Uit die periode stammen de moeflons die er nu grazen, als ze tenminste niet door wolven worden belaagd. Het Rijk investeerde in 1935 in het landgoed in ruil voor de kunstcollectie. Daartoe is een stiching in leven geroepen die nu park én collectie beheert. Zowel het nationaal park als het museum bedruipen zichzelf zonder subsidie. De Hoge Veluwe beslaat 5% van de Veluwe en is 5400 hectare groot. Het bestaat uit bos, heidevelden en zandverstuivingen.
Van Gogh werd beroemd dankzij Kröller-Mullers
Helene Kröller-Muller ging zich toeleggen op het verzamelen van kunst toen haar kinderen wat groter werden en zij zich als rijke huisvrouw verveelde. Haar grote inspirator werd Hendrik Petrus Bremmer die haar les gaf in kunstgeschiedenis. Haar man steunde haar passie en hun rijkdom stelde hen in staat om o.a. de grootste collectie werken van Vincent van Gogh aan te kopen. Daarnaast organiseerde ze ook grote tentoonstellingen van zijn werk in Europa en de VS. Van Gogh heeft dan ook zijn beroemdheid aan haar te danken. Naast kunst van Van Gogh kocht ze werk aan van o.a. Jan en Charley Toorop, John Rädecker, Breitner, Mondriaan, Renoir, Picasso, Léger, Braque, Millet en Cézanne. Ze vond zowel realistisch werk als abstracte of moderne kunst interessant.
Beeldentuin te groot voor één bezoek
Het Kröller-Müllermuseum noem ik liefkozend ‘Krulmul’, want is een van mijn favoriete plekken om cultuur op te snuiven. Het bevat zoveel verschillende kunstwerken van even zoveel verschillende kunstenaars. En die zijn ondergebracht in de zalen van een gebouw dat vooral uit glas lijkt te bestaan. Hierdoor is de natuur steeds zichtbaar en is het museum vol licht. Het mooiste is de zaal met een verlaging waar een aantal iconische beelden staan van o.a. Giacometti en Rädecker. Steeds opnieuw boeit het en ontdek ik weer iets nieuws om naar te kijken. Niet alleen binnen maar ook buiten het museum.

Foto: Museum Kröller-Muller/ Marjon Gemmeke
In de grote beeldentuin die je nooit in één bezoek helemaal kan bekijken. Er zijn 119 beelden te vinden. Het mooiste is de Jardin d’ Email van Jean Dubuffet. Het is een trekpleister voor veel bezoekers, want dit is een kunstwerk waarin je rond kan lopen, om heen kan lopen èn het vanaf een platform van boven kan bewonderen. Voor kinderen spannend om via een kleine wenteltrap als in een kasteel ineens in de ’tuin’ uit te komen. Verder is het Rietveldpaviljoen, ontworpen door deze architect, een bezoek waard omdat er uiteenlopende ontroerende beelden te vinden zijn. Een doolhof waarin je om elke hoek een nieuw kunstwerk aantreft en daardoor een intieme sfeer heeft.
Op een witte fiets door eindeloze velden
Het park is beperkt toegankelijk voor de auto maar er kan volop gefietst worden. Het is de enige plek waar het witte fietsenplan van provo Luud Schimmelpennink nog steeds functioneert. Bij alle ingangen en voornaamste pleisterplaatsen staan er tientallen, zodat je er nooit naast grijpt. De fietsen hebben bijna allemaal een kinderzitje en er zijn zelfs enige witte kinderfietsen te vinden. Zo kun je je auto parkeren en je verder al trappend door het park bewegen, richting musea. Onderweg zie je dan naast bos eindeloze velden zó ver het oog reikt. Een verademing om te zien dat er nog enorme woeste leegten in ons dichtbevolkte Nederland bestaan.
Het park is in de zomermaanden tot 21.00 u. open en zo kwam het dat ik om een uur of zeven ’s avonds fietste zonder andere mensen tegen te komen. Ik sloeg op een bebost paadje een hoek om en verraste een ree. Het beest stond zó dichtbij dat ik het aan kon raken. Net zo verrast als ik, ging het met grote sprongen ervandoor. Even kwam de natuur wel héél dichtbij.
Charley Toorop
Op het moment van mijn bezoek is er een tentoonstelling met werk van Charley Toorop te zien. Bijna al haar kunst is er aanwezig. Er zijn zestig werken te bewonderen bijeen gebracht uit diverse Nederlandse musea. Ze is vooral bekend om de portretten die ze schilderde in een eigen uniek stijl. Haar inspiratie vond zij bij Vincent van Gogh. Zo vind je er haar eigen versie van zijn zonnebloemen. Ze reisde net als hij naar de Borinage, de mijnstreek in België en portretteerde daar de mijnwerkers en hun families. Een klein schilderijtje met een pleintje in Parijs doet aan Vincent van Gogh’s schilderijen uit Parijs denken, maar in een eigen sfeervolle en kleurige stijl. Voor geïnteresseerden: de tentoonstelling is er nog te zien tot 14 september.

Meer lezen
Karin de Lange bracht al eerder een herfstdag door in museum Kröller-Muller. Meer te weten komen over de kunst van Charley Toorop? Lees dan het verhaal dat Wiette van Klingeren eerder schreef over de Toorop-dynastie. Buiten de hoge Veluwe ligt nog genoeg mooie andere natuur in de buurt om te bezoeken. Stella Ruisch maakte een mooie lentewandeling bij Renderklippen.
Openingsfoto: Le jardin d’Email van Jean Dubuffet biedt vertier voor groot en klein. Alle foto’s: ©Karin de Lange