“Ik ben de schaamte voorbij en wil het zwijgen doorbreken. Slachtoffer van partnergeweld, ik ben een van hen.” Zo begint het bericht dat Ester Wijnen deze zomer op LinkedIn plaatst. Inmiddels is het bericht meer dan een miljoen keer bekeken, hebben bijna 19.000 lezers met een emoticon gereageerd en hebben meer dan 1600 mensen een reactie geplaatst. Ester is een van de 5,5 proent van de volwassenen die zegt de afgelopen vijf jaar minstens één keer slachtoffer te zijn geweest van huiselijk geweld. Vanaf morgen voeren Zonta, Soroptimisten en de Verenigde Naties een week lang campagne tegen geweld achter de voordeur.
Cijfers nemen toe
Vrouwen hebben met 6,2 procent meer met lichamelijk of seksueel geweld te maken dan mannen (4,7 procent) blijkt uit cijfers van vorig jaar. In de meeste gevallen is partnergeweld eenmalig of gebeurt het slechts enkele keren. In de andere gevallen is het structureel. Naar verwachting zullen door de beperkende maatregelen tegen het coronavirus dit jaar de cijfers van huiselijk geweld alleen maar toenemen.
Vergeet je moeder
Ester Wijnen is geboren en getogen in een marechausseekazerne in Limburg. Ze heeft een fijne jeugd tot ze veertien jaar is. Al een tijdje woont een gescheiden vriend van haar ouders bij hen in huis en als hij zijn eigen flat heeft gekregen besluit haar moeder met hem mee te gaan. Haar ouders gaan scheiden. Ester en haar oudere zus blijven bij hun vader. “Je moet je moeder maar vergeten”, zei hij. Ester zal haar moeder, op wat contactpogingen na, zowat dertig jaar niet zien.
Op haar negentiende vertrekt Ester naar Den Bosch om te studeren. In het weekend werkt ze om haar studie te bekostigen. “Als je uit huis gaat, dan moet je alles zelf regelen”, zegt haar vader. Ester’s studiegenoten gaan in het weekend naar huis, zij blijft in Den Bosch. Ze heeft er een mooie tijd en aan het eind van de studententijd is ze trots dat ze het in haar eentje heeft gerooid.
Wie A zegt, moet ook B zeggen
Tijdens een van de afstudeerfeesten loopt ze een man tegen het lijf. Ze krijgen een relatie maar na een tijdje wil Ester er een punt achter zetten. “We zouden naar de film gaan, maar het voelt niet goed. Ik heb er geen zin in, toch weet hij me te overtuigen om het nog eens te proberen. Door dat te doen, ben ik een soort poortje door gegaan. Vanaf dat moment geldt: wie A heeft gezegd moet ook B zeggen”, vertelt Ester. Het is het begin van een 7 jaar lange periode van parallelle levens.
Huiselijk geweld wordt onderdeel van leven
“We gaan samenwonen, trouwen, krijgen kinderen. Geweld maakt al snel onderdeel uit van het dagelijks leven. Schreeuwen, schelden. Op de dag na onze bruiloft gooit hij het bruidsboeket van de zoldertrap naar beneden. Er is bijna altijd ruzie. Ik word hard vastgepakt, krijg schoppen tegen mijn benen, een deur wordt kapot getrapt.” Als je dit hoort vraag je je af waarom Ester na dit huiselijk geweld in deze relatie blijft. Waarom pakt ze haar spullen niet en gaat ze weg?
Iedereen ziet Ester als stoere vrouw
“Je leeft in een tredmolen”, legt ze uit. “Het is een systeem dat draait. Zodra ik naar mijn werk ga voel ik mezelf. Collega’s hebben niets door. Ik ben goed in maskeren. Iedereen ziet me als een stoere vrouw. Ik durf alles te zeggen tegen mijn baas. Dan denk je toch niet ik thuis te maken heb met partnergeweld?”
Van haar veertiende tot haar dertigste leeft Ester op haar mannelijke kracht. Haar vrouwelijke helft komt niet aan bod. “Ik heb geen voorbeeld gehad. Heb nooit geleerd om hulp te vragen of steun te zoeken. In 2003 staat het water me aan de lippen. Ik heb het gevoel dat als ik nu niks doe ik kopje onder ga. Met een vriendin ga ik een weekend weg voor een volleybaltoernooi. Even afstand nemen. Tijdens dat toernooi leer ik mijn huidige partner kennen. We raken aan de praat en ik vertel hoe mijn leven eruit ziet. Ik heb nooit eerder iemand anders op de hoogte gebracht. Niet mijn zus, niet mijn vriendin. Hij luistert en oordeelt niet.”
Na dit weekend vertelt Ester thuis dat ze weg wil. Dat wordt niet geaccepteerd. Haar (ex)man belt de huisarts en familie met de boodschap: Ester raakt van het pad af, ze moet in therapie. Ze gaan zelfs samen in relatietherapie en dan blijkt dat ze alles goed op een rij heeft. Ze kan eindelijk weg.
‘U klinkt nog alsof u getrouwd bent’
Zeven jaar na haar scheiding, is er een incident met haar ex-man in haar nieuwe huis. Ze belt met het steunpunt huiselijk geweld en neemt een advocaat in de arm. De advocate is verbaasd dat Ester al zeven jaar gescheiden is. “U klinkt alsof u nog getrouwd bent”, zegt ze. Op dat moment besluit Ester voor zichzelf te kiezen en geen compromissen meer te sluiten waar ze niet achter staat.
“Ik vaar nu mijn eigen koers. Heb geleerd nee te zeggen. Ik kan nu aan mijn eigen kinderen laten zien hoe een liefdevolle relatie eruit ziet. Met mij gaat het heel goed.”
Verhaal van miljoenen vrouwen wereldwijd
De openheid op LinkedIn leidt tot veel media-aandacht, interviews, lezingen en podcasts. “Mijn verhaal is het verhaal van miljoenen vrouwen wereldwijd. Vrouwen voor mij en na mij. Geweld stopt niet zomaar. Daar moeten we wat aan doen. Met mijn verhaal wil ik laten zien dat het iedereen kan overkomen. Ook hoogopgeleide, werkende vrouwen. Vrouwen zoals ik. Door mijn verhaal te vertellen wil ik het taboe doorbreken, mensen bewust maken en bijdragen aan een betere beeldvorming over slachtoffers.”
Orange The World en…
Brigitte Leferink is lid van Zonta, een internationale organisatie die zich inzet voor de verbetering van de positie van meisjes en vrouwen. Ester Wijnen deed haar verhaal bij Zonta club Gouda, de club waarvan Brigitte lid is. Eerder schreef Brigitte over een andere actie van Zonta: Orange the World. Daarnaast schrijft ze regelmatig over de ongelijke behandeling van vrouwen. Zoals in haar artikel over de dag van de vrouwelijke hygiëne en de ergernis over een sieradenreclame. Ze spotte ook met de stereotype voor mannen en vrouwen op de ‘Wereld Poppendag’.
Openingsfoto: Pixabay/Nino Care
Recente reacties