In Museum De Fundatie in Zwolle is tot en met 16 maart het werk te zien van de Russische aristocrate Marianne von Werefkin (1860-1938) . Een vrouw die haar licht 10 jaar lang onterecht onder de korenmaat liet schijnen, ten gunste van haar geliefde, de Russische schilder Alexej von Jawlensky. Kunsthistorica Mirelle Nunes van Kunst uit Zeist verdiepte zich in deze vrouwelijke pionier van het expressionisme.

Clair-Obscur

Geboren in 1860 in Rusland in een aristocratische familie, kreeg Werefkin (in schrijftaal zonder ‘von’) privéles van de Russische ‘Schilder van de Ziel’ Ilja Repin. Vanwege zijn invloed op het toepassen van ‘claire-obscur’ (licht-donkerwerking) en de kwaliteit van haar realistische werk, werd Marianne al op 20-jarige leeftijd de ‘Russische Rembrandt’ genoemd.

Portret van Vera Repin, 1881, olieverf op doek, Schlossmuseum Murnau.

Vleugels uitslaan

In 1896 verhuist ze samen met de Russische schilder Alexej von Jawlensky naar München, op dat moment een belangrijk centrum van de kunst. Marianne sluit zich aan bij de avantgarde beweging Der Blaue Reiter’, een groep bevriende kunstenaars, waaronder Wassily Kandinsky, Franz Marc en August Macke. De vriendengroep vernoemt zich naar het schilderij ‘Der Blaue Reiter’ van Kandinsky uit 1903. Het is een periode waarin nieuwe kunststromingen zich ontwikkelen, na het loslaten van de strenge eisen van die de Franse Académie des Beaux-Arts, eind 19e eeuw vanuit Parijs had gedicteerd.

Wassily Kandinsky, Der Blaue Reiter, 1903, privécollectie.

Roze Salon

Een kamer in het huis van Werefkin en Jawlensky in München wordt al snel een drukke culturele ontmoetingsplek: De Roze Salon. Hier komen balletdansers, dichters, beeldend kunstenaars, muzikanten en diplomaten samen om over kunst en cultuur te discussiëren en van ideeën te wisselen.

Mannen domineren de kunstwereld

Opvallend is haar opstelling in de relatie met haar partner Jawlensky. In een tijd waarin vrouwen vaak worden buitengesloten als kunstenaar in een door mannen gedomineerde kunstkring, stopt zij zelf uit eigener beweging met haar vak. Om naar eigen zeggen haar ‘man’ te ondersteunen en alle ruimte te geven om zijn kunstenaarsschap uit te oefenen. Hij schildert met een stevige verfhalen in heldere kleuren.

Alexej von Jawlensky, Portret van Marianne von Werefkin, 1906, olieverf op karton, 67,5 x 49,5 cm, Museum Wiesbaden.

Ruimhartig

Rond 1900 begint Jawlensky een ‘verhouding’ met het dan 14-jarige dienstmeisje van Marianne, die is meegereisd naar München. Uit deze relatie wordt twee jaar later een zoontje geboren. Marianne en Alexej beleven een stormachtige relatie, maar blijven in een driehoeksrelatie wel één gezamenlijk huishouden vormen.

Gouache

Na 10 jaar pakt Werefkin haar kwast weer op, waarna ze zich zal toeleggen op het medium gouache in plaats van (voorheen) het gebruik van olieverf. Gouache is een aquarel met natuurlijk kleurpigment, water en bindmiddel. Het is een dekkende waterverf waarbij de ondergrond niet meer zichtbaar is. Een andere, Duitse, benaming voor dit medium is tempera. Deze is gemaakt van kleurpigmenten met eidooier als bindmiddel; ook op waterbasis, snel drogend en gemakkelijk te verwijderen. De formaten van de doeken zijn niet zo heel groot.

De landweg, 1907, tempera op papier op karton.
De verontwaardiging, 1920-27, tempera op papier op karton.

Omslagpunt

Vanaf dat moment (1906) zien we in haar werk een keerpunt in het realisme. Marianne schildert meer expressieve schilderijen in felle, ongemengde kleuren. Haar werk is vergelijkbaar met het Franse fauvisme. Haar emoties en gevoelens uit ze in krachtige en kleurrijke landschappen en portretten met levendige kleuren en gedurfde lijnen. De rode kleur in haar werk symboliseert intense emotie: passie, maar ook gevaar.

Enige Werefkin in een Nederlandse collectie

Dirk Hannema, de grondlegger van Museum de Fundatie heeft in 1982 de enige Werefkin in Nederland geërfd. De kleine gouache met intense kleuren, ‘Landschap met rode wolken’ uit 1911, werd in 1982 aan hem nagelaten door Fritia Fikkert-Zijlstra. Het toont ons waarschijnlijk een landschap rond München waarin een boer met zijn paard de grond bewerkt.

Landschap met rode wolken, 1911, gouache, Museum de Fundatie.

Murnau als inspiratie

Tijdens een zomers verblijf in het Beierse stadje Murnau ontmoet het koppel Werefkin en Jawlensky een ander schilderskoppel: Kandinsky en zijn levensgezellin Gabriele Münter. De omgeving met zijn levendige kleuren, glooiende heuvels en traditionele architectuur is een grote bron van inspiratie voor het kwartet. Allen zijn op zoek naar de juiste balans tussen ‘expressie’, ‘realisme’ en ‘abstractie’.

Schetsboek a2/28, gemengde techniek op papier. Fondazione Marianne Werefkin, Museo Comunale Ascona.

Verhuizing naar Zürich

Door het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog in 1918 zijn Russische staatsburgers niet langer meer welkom in Duitsland. Het gezelschap vertrekt naar Zürich, waar ze onder moeilijke omstandigheden het hoofd boven water proberen te houden. Geen inkomsten meer en geen verkopen uit exposities.

Tuin onder de sneeuw, 1914, tempera en inkt op papier op karton, 49 x 44 cm, Fondazione Marianne Werefkin.

Verbinding met de natuur en met elkaar

Vlak na het einde van de Eerste Wereldoorlog verhuist het huishouden Werefkin-Jawlensky naar Ascona; een bruisend kunstencentrum. Hier worden in haar werk verbindingen gelegd tussen spiritualiteit en modernisme in verbinding met de natuur. Opvallend is dat elders in Europa kunstenaars als Hilma af Klint en Piet Mondriaan, gelijktijdig een spirituele fase doormaakten en deze eveneens vertaalden in hun werk.

Uiteindelijk verlaat Jawlensky Werefkin in 1921 definitief en trouwt met de moeder van zijn zoontje Andreas in Wiesbaden. Marianne blijft alleen achter in Ascona en richt het Museo Comunale di Ascona op. Ze schenkt verschillende van haar eigen werken en een aantal werken uit haar privéverzameling. Tevens vraagt ze vrienden en collega’s om hetzelfde te doen. Haar kracht om mensen met elkaar te verbinden blijft ze tot op het einde van haar leven in 1938 vasthouden.

De winnaar, 1929, tempera op papier op karton.

Nonna in Ascona

Werefkin vervolgt haar eigen weg, waarbij het landschap en leven in het dorpje Ascona een belangrijke rol spelen. Veel van haar latere werken gaan over het menselijke ingrijpen in het Zwitserse berglandschap. Wie zal er winnen: de mens met het aanleggen van een spoorlijn of de bergen?

Marianne von Werefkin in Ascona, ca. 1933, Fondazione Marianne Werefkin.

Ze is zeer geliefd onder de bevolking van Ascona; ze noemen haar zelfs ‘Nonna’ (= Oma). Na haar overlijden wordt haar nalatenschap onderdeel van de Fondazione Marianne Werefkin beheerd door het eerder genoemde museum in Ascona, het Museo Comunale.

Museum de Fundatie

De eerste overzichtstentoonstelling van Werefkin in Nederland in Zwolle is chronologisch ingericht. Van het vroege werk via de verschillende fasen in haar leven en werk gemaakt in Duitsland naar de werken aan het eind van haar carrière in Zürich en Ascona. Het toont haar leven, haar moed -om vastgestelde (sociale) regels te doorbreken-, haar veerkracht en haar artistieke visie. Een boeiende tentoonstelling in museum De Fundatie, waarvan de collectie is opgebouwd uit beeldende kunst van de late middeleeuwen tot nu, zowel internationaal als nationaal. Maar wel met een diepe verankering in Overijssel en Zwolle.

Meer weten over de Russische Rembrandt?

Tijdens een kunstlezing op 16 januari van 10.00-11.30 u in Zeist vertelt Mirelle Nunes graag meer over Marianne von Werefkin en de verhalen achter haar meesterwerken. Ontdek hoe haar werk niet alleen een kleurenpracht biedt, maar ook een diep inzicht geeft in een cruciale periode van de kunstgeschiedenis. Mocht je niet in de gelegenheid zijn om hier bij aanwezig te zijn, dan spreekt Mirelle Nunes de lezing ook in met een zgn. terugkijk-link via YouTube. Locatie: Walkartcentrum, Kerkweg 19 in Zeist. Inschrijving en info: www.kunstuitzeist.nl.

Meer lezen

De Russische kunst van rond de vorige eeuwwisseling staat in de belangstelling. Zo was er in het H’Artmuseum eind vorig jaar een tentoonstelling over Kandinsky. Mirelle Nunes schreef eerder over de tentoonstelling van Dior in het Kunstmuseum Den Haag (nog te zien tot en met 26 januari). In dat zelfde museum is nog tot april de tentoonstelling ‘Grand dessert’ te zien.

Openingsfoto: Marianne von Werefkin in 1933 in Ascona. Alle foto’s: Fondazione Marianne Werefkin, tenzij anders vermeld.